Indische pasteitjes met kip

Zo maak je het

• Verwarm de oven voor op 200 graden.
• Snijd 1 ui en 2 tenen knoflook fijn en fruit deze een paar minuten op matig vuur in een scheut olie. Voeg 1 tl sambal oelek toe en fruit deze even kort mee.
• Snijd de kipfilet in (hele) kleine stukjes en voeg deze toe. Bak de kip in enkele minuten gaar terwijl je geregeld roert. Dit gaat vrij snel aangezien het kleine stukjes kip zijn.
• Rasp ondertussen een halve winterpeen. Doe dit met de grove kant van de rasp zodat je grove slierten krijgt. Voeg toe aan het kipmengsel en roer door elkaar.
• Voeg nu 1 tl kurkuma, 1 tl ketoembar en 1 verkruimeld kippenbouillon blokje toe en roer goed door het kipmengsel. Voeg tevens 1 el ketjap en 1 el gula djawa toe. Roer alles goed door elkaar en zet het vuur laag.
• Week de soe-oen volgens de verpakking enkele minuten in kokend water en spoel af onder ijskoud water. Zorg dat de soe-oen goed uitgelekt is! Ontdooi ondertussen de plakjes bladerdeeg.
• Voeg de soe-oen toe aan het kipmengsel en roer grondig door elkaar.
• Ik heb ronde plakjes van de bladerdeeg gemaakt (door de bovenkant van een kommetje in het bladerdeeg te duwen en vervolgen met een mesje rond te snijden), maar elke vorm kan natuurlijk. Vul elk plakje bladerdeeg met 1 flinke el kipmengsel en vouw dicht. Druk de uiteinden met een vork in, zodat het pasteitje goed gesloten is (zie afbeelding hieronder).
• Klop in een kommetje een eitje los en bestrijk elk dichtgevouwen pasteitje met een beetje ei. Plaats nu ongeveer 15-20 minuten (of tot ze goudbruin zijn) in de voorverwarmde oven.