Kipragout

Zo maak je het

• Verwarm de oven voor op 200 graden en bak de pasteibakjes circa 10 minuten.
• Breng 500 ml water aan de kook en voeg 1 kippenbouillon blokje toe. Voeg 2 kipfilets toe en laat in circa 12-15 minuten gaar worden. Haal de kipfilet uit de pan en pluk de kip of snijd in kleine stukjes. Let op: bewaar de bouillon!
• Snijd ondertussen 125 g kastanjechampignons in plakjes of blokjes, snipper 1 sjalot en snijd 2 tenen knoflook fijn.
• Bak de champignons enkele minuten in een klontje boter. Zodra ze bruin zijn en vocht afgeven fruit je de sjalot en knoflook nog even kort mee. Haal uit de pan en zet weg.
• Smelt in dezelfde pan 50 g roomboter. Zet het vuur laag en voeg 50 g bloem toe. Roer met een garde tot er een roux ontstaat. Schenk nu al roerende circa 150 ml kookroom bij het geheel. De saus zal vrij snel binden.
• Voeg in etappes, al roerende, de kipbouillon toe. Voeg ook 1 el scherpe mosterd toe en mix grondig.
• Doe de geplukte kip samen met het champignonmengsel terug in de pan en verwarm al roerende nog even op. Schenk de rest van de kookroom bij het geheel of tot het de gewenste dikte heeft.
• Vul de pasteibakjes riant met de ragout en maak af met vers gesneden peterselie.